Inleiding

Titelpagina van de oorspronkelijke Latijnse editie, in 1698 uitgegeven door Adriaan Moetjens in Den Haag
klik op de afbeelding voor een grotere weergave

Tegen het einde van zijn leven werkte Christiaan Huygens aan een "filosofisch geschriftje", dat opgedragen was aan zijn broer Constantijn en waarin hij zijn denkbeelden ontvouwde over de bouw van het heelal en de bewoonbaarheid van de hemellichamen. Christiaan baseerde zich daarbij op zijn eigen waarnemingen en die van andere sterrenkundigen.

Aanvankelijk wilde Christiaan dit werkje in het Frans publiceren maar hij besloot uiteindelijk om het in het Latijn uit te geven. Christiaan voltooide het manuscript in het begin van 1695 en op 7 januari schreef hij aan Constantijn dat hij ook al een uitgever had gevonden die bereid was om het uit te geven. Op 4 maart schreef hij echter dat de uitgave vertraging had opgelopen. De uitgever had het eerste katern laten drukken, maar had daarna aan andere werken voorrang gegeven. Christiaans gezondheid ging echter snel achteruit en hij overleed op 8 juli van dat jaar. In zijn laatste wilsbeschikking, die op 23 maart werd opgesteld, verzocht hij Constantijn om namens hem toe te zien op de uitgave.

De positie van Constantijn als secretaris van stadhouder-koning Willem III vereiste echter zijn regelmatige aanwezigheid in Londen en het zetten en drukken van Christiaans boek vorderde maar langzaam. Toen Constantijn op 12 november 1697 overleed was het boek nog steeds niet gereed. Uiteindelijk was het de Leidse hoogleraar in de wis- en natuurkunde Burchard de Volder die de uitgave tot een goed einde bracht.

Al spoedig na de uitgave van de Latijnse tekst van de Cosmotheoros bij de Haagse boekhandelaar Adriaan Moetjens, verschenen vertalingen van dit werk in het Engels (1698) en in het Nederlands (1699), onder de titel De Wereldbeschouwer, of Gissingen over de Hemelsche Aardkloten, en derzever Cieraad. In de daarop volgende jaren verschenen ook vertalingen in het Frans (1702), Duits (1703), Russisch (1717) en in het Zweeds (1774).

Deze online editie is gebaseerd op de Nederlandse vertaling van Pieter Rabus (1660-1702), praeceptor (leraar) aan de Latijnse School in Rotterdam en onder meer bekend als dichter, vertaler en tijdschriftredakteur. Zijn vertaling van Huygens' boek verscheen in het begin van 1699 bij de Rotterdamse boekdrukker Barend Bos. Een herdruk verscheen in 1717 en het werk werd nogmaals met een iets gewijzigde titel uitgegeven in 1754 bij de Amsterdamse boekdrukker Steven van Esveldt (een facsimile van deze laatste uitgave verscheen in 1989 bij Epsilon Uitgaven, Utrecht).

De tekst van de Latijnse uitgave van 1698 is ook beschikbaar met een Franse vertaling en commentaar in de Oeuvres Complètes [vol. 21, pp. 653-842].